Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [11]Wie op den wind acht geeft, die zal niet zaaien, en wie op de wolken ziet, die zal niet maaien. 11. Salomo wil zeggen: Die al te angstvallig op wind en weder past, en van tijd tot tijd nog al beter weder verwacht, niet willende zaaien totdat hij weder heeft, hetwelk geheel naar zijn wens en wil is, die zal niet lichtelijk aan het zaaien komen, maar hij zal de bekwaamste zaaitijd verzuimen; alzo ook die in de maaltijd al te zeer op wind en weer let. Enige duiden deze woorden op het uitdelen der aalmoezen, aldus: Alzo ook, indien iemand al te angstvallig zou willen denken op alle veranderingen van tijden, denkende dat hij zelf arm kon worden, enz., of op de onwaardigheid of ondankbaarheid der armen enz., die zal nimmermeer aalmoezen geven, en hij zodoende nimmermeer doen wat hij te doen schuldig is.